De opvoeding en Puppy's
Opvoeding
Een puppy moet eerst minimaal 8 weken bij de moeder blijven, want daar leert hij het echte hondengedrag. Als je hem eerder bij de moeder weghaalt kan hij niet goed honds praten en hij kan niet goed met andere honden opschieten. Daarna mag hij naar de mensen heen wie hem hebben gekocht. Maar als hij bij mensen komt waar ze al andere (oudere) honden hebben, kunnen die honden het hem leren en mag hij dus eerder weg bij de moeder. Bij zijn nieuwe baasjes leert hij dat hij bijvoorbeeld moet luisteren naar: als hij moet gaan zitten: Zit. Of dat hij niet tegen andere mensen aan mag springen. Dat hij de schoenen niet kapot mag bijten en dat hij binnen niet mag poepen en plassen. Hij moet ook luisteren als je hem roept . je kan hem dat zelf aanleren maar dat kan ook op puppycursus.
Puppy’s
De eerste week moeten de puppy’s iedere dag gewogen worden.
Ze worden gemeten naar de grootte van de moederhond. De puppy’s moeten elke dag
wat gram aankomen. Als ze tien dagen zijn moet het gewicht van de geboorte
verdubbeld zijn.
Bij vrouwtjes van ongeveer 5 kg zullen de puppy’s ongeveer 150 gram wegen bij
de geboorte en moeten ze 20 gram per dag
aankomen. Vrouwtjes van ongeveer 10 kilo zullen puppy’s van ongeveer 200 gram
hebben bij de geboorte. Die moeten 30
gram per dag aankomen. Zo de hele tijd door als een vrouwtje 20 kilo weegt
wegen de puppy’s 250 gram bij de geboorte en komen ze 60 gram per dag aan. Als
de puppy geboren is moet die na 48 uur gelijk aangekomen zijn.
De oogjes en oortjes van een puppy gaan binnen 10 tot 14 dagen open. Hij kan bijna gelijk lopen als hij geboren is. Als de puppy’s honger hebben dan gaan ze piepen en komen niet aan. Dan kan het zijn dat de moeder niet genoeg melk geeft. Als dat zo is moet je hem puppymelk geven.
De navelstreng valt eraf na ongeveer een week.